In het verleden werd er wat betreft de voeding vooral gefocust op uitval, vroeg spenen en hoge ruwvoeropname voor een optimale pensontwikkeling. Uit recent Amerikaans wetenschappelijk onderzoek is echter gebleken dat het voeren van veel melk tot aan spenen (onbeperkt voeren) resulteert in een hogere melkproductie gedurende de eerste lactatie; metabolisch programmeren. Vergeleken met de controlegroep waar de melk gelimiteerd was, bleek de proefgroep 450 tot 1.300 kg meer melk te produceren in de eerste lactatie (Soberon et al. 2012). Door het hoge voerschema worden de kalveren zogenaamd metabolisch geprogrammeerd, wat betekent dat men de voeding tot ongeveer acht weken leeftijd bepalend laat zijn voor de latere prestaties als melkkoe. Dit heeft onder andere invloed op de kwaliteit van het uierweefsel, dat in deze periode wordt gevormd.
Elk kalf kan metabolisch geprogrammeerd worden om later meer melk te produceren. Wij zijn ervan overtuigd dat er een sterke relatie is tussen metabolisch programmeren en duurzaamheid van dieren. Literatuurstudie leert ons dat 1 gram extra groei per dag in de melkperiode van een kalf 4 liter extra melk kan opleveren in de eerste lactatie. 200 gram extra groei per dag kan tot wel 800 liter melk éxtra opleveren. Wanneer dit wordt vertaald naar de complete veestapel, kunnen de jaarlijkse inkomsten aanzienlijk toenemen.
Hieronder staat een voerschema voor het metabolisch programmeren van kalveren.
Het is een schema waarin kalveren 9 weken melk krijgen waarvan de eerste 2 dagen biestmelk. De melk wordt gevoerd met een concentratie van 150g melkpoeder per liter melk. Dus een concentratie van 15% drogestof per liter. Het is belangrijk dat de kalveren bij het spenen 2 kg krachtvoer per dag vreten.